Op zaterdag 7 juni was het eindelijk weer zover: na een jaartje afwezigheid vanwege de vernieuwing van de piste, keerde de gerenommeerde Flanders Cup Putbos – Memorial Léon Buyle terug naar het atletiekstadion van Oordegem. De meeting, traditioneel een van de topmomenten op de Vlaamse atletiekkalender, lokte meer dan 1200 atleten naar de vernieuwde piste van VS. Ondanks het herfstachtige weer dat eerder aan oktober deed denken dan aan juni, verliep de organisatie vlekkeloos dankzij de inzet van tientallen vrijwilligers. De FEThrowers, het werpteam dat garant staat voor een vlot verloop van de kampnummers, leverde opnieuw topwerk af.
Werpers komen massaal opdagen.
In tegenstelling tot vorig jaar waren de werpnummers ditmaal wél goed bezet. Ook onze club vaardigde een sterke delegatie af met zes atleten die de eer hoog hielden in het kogel- en discuswerpen.
Lien Rubbrecht opent in het kogelstoten.
Seniore Lien Rubbrecht mocht de spits afbijten. Ze kwam in het kogelstoten tot een afstand van 10m87, wat voor haar onder de verwachtingen lag. Door een druk werkschema is ze minder op training aanwezig, en dat vertaalt zich momenteel nog in iets mindere prestaties. Toch blijft haar inzet bewonderenswaardig.
Sterk mannengeweld in het kogelstoten.
Bij de mannen kwamen drie bekende namen in actie. Leander Casteels, die het kogelstoten als nevenactiviteit beschouwt, stootte de kogel tot 14m08. Solide, maar zonder meer. Tweedejaarsbelofte Cédric Broeckaert stootte een constante reeks met 16m55 als uitschieter – slechts tien centimeter onder zijn persoonlijk record. Hij was ondanks die mooie prestatie niet volledig tevreden, wetende dat er nog progressie mogelijk is. De uitblinker in het kogelstoten was laatstejaarsbelofte Andreas De Lathauwer, die zijn uitstekende vorm bevestigde met een knappe stoot van 18m07, dit na een vermoeiende opleidingsweek met beperkte trainingsmogelijkheden.
Discusring zorgt voor spektakel.
In het discuswerpen ging het er niet minder intens aan toe. De regen had de werpcirkel aanvankelijk verraderlijk glad gemaakt, maar naarmate de dag vorderde, verbeterden de omstandigheden. Helaas kon Cédric zijn draai niet vinden: drie ongeldige pogingen maakten vroegtijdig een einde aan zijn wedstrijd. Leander herpakte zich echter uitstekend en noteerde vier geldige worpen boven de 50 meter, met 52m47 als beste. Andreas bewees ook in het discuswerpen zijn klasse. Met drie worpen voorbij de 50 meter en een topreeks die culmineerde in 54m55 bevestigde hij zijn status als topper.
Vrouwelijke jeugd toont lef en potentieel.
Ook bij de vrouwen kwamen er twee jonge talenten in actie. Juniore Silke De Lathauwer blijft voorlopig wat worstelen met het overbrengen van haar sterke opwarmingsworpen naar de wedstrijd. Toch leverde ze een verdienstelijke prestatie af met 42m00, amper 8 centimeter onder haar PR. Eerstejaars cadet Rosalie Van Den Berghe had het lastig om zich staande te houden tussen al dat ervaren werpgeweld. Met een beste worp van 21m88 blijft er nog groeimarge, maar ook zij deed ongetwijfeld veel ervaring op.
Conclusie.
De hernieuwde editie van de Memorial Léon Buyle bewees dat werpers in Vlaanderen nog steeds ruimschoots hun plaats verdienen op grote meetings. Met degelijke prestaties, een sterke organisatie en een uitstekende werkomgeving is de meeting opnieuw een vaste waarde op de kalender. Onze atleten lieten zich van hun beste kant zien, en vooral bij de beloften zit er nog flink wat rek op de prestaties. Op naar meer moois dit zomerseizoen!