De partij Voor Aalst reageert teleurgesteld op het nieuwe Vlaamse investeringsplan voor 2025–2029 van minister De Ridder (N-VA). Uit het plan blijkt dat de stad Aalst, ondanks haar strategische ligging langs de E40 en haar rol als vijfde grootste stad van Vlaanderen, tot de steden behoort die het minste investeringen krijgen van de Vlaamse Regering.
Met meer dan 90.000 inwoners is Aalst de vijfde grootste centrumstad van Vlaanderen. Toch krijgt de stad aanzienlijk minder Vlaamse investeringen toegekend in verhouding tot haar bevolking en oppervlakte. Aalst ontvangt amper 0,1% van het totale Vlaamse investeringsbudget, op een totaal van 6,6 miljard euro dat voorzien is voor drie jaar. Kleinere centrumsteden zoals Roeselare, Oostende, Hasselt en Mechelen ontvangen meer middelen, wat lokaal vragen oproept over de eerlijkheid en de prioriteiten van het investeringsbeleid.
“Het is onbegrijpelijk dat Aalst, als belangrijk verkeersknooppunt en economische motor in de regio, achteraan in de rij wordt gezet,” zegt Lindsay Temmerman, voorzitter van Voor Aalst. “Roeselare, Oostende, Hasselt, Mechelen — het zijn allemaal centrumsteden die kleiner zijn dan Aalst, maar die hogere investeringen krijgen. De beperkte Vlaamse middelen die in Aalst terechtkomen, richten zich vooral op kleine onderhoudswerken zoals de herstelling van de Sint-Annabrug en enkele studies. Dan moet je je ernstig vragen stellen bij het investeringsbeleid. Geen middelen voor fietsinfrastructuur, openbaar vervoer, bedrijventerreinen of duurzame mobiliteit. Dit is onaanvaardbaar.”
“We hebben als stad ons huiswerk gemaakt,” zeggen gemeenteraadsleden Martine De Maght en Bart Marcoen (Voor Aalst). “We dienden concrete, realistische dossiers in – van veilige kruispunten tot fietsinfrastructuur en ontsluiting van bedrijventerreinen.”
“Maar dat werd dus zo blijkt volledig genegeerd. Ook op het vlak van waterbeheer blijven we in de kou staan: de Denderstreek kampt met verouderde infrastructuur, terwijl andere regio’s grote investeringen krijgen in klimaatbestendige watersystemen. Dat verhoogt onze kwetsbaarheid voor overstroming en droogte,” meent voorzitter Temmerman.
Voor Aalst ziet dit als een zoveelste signaal dat de bredere Denderregio systematisch ondergefinancierd blijft. Hoewel de Vlaamse regering eerder erkende dat de regio te kampen heeft met structurele uitdagingen, komt extra ondersteuning via het GTI-statuut (Geografisch Gerichte Territoriale Investeringen) ten vroegste in 2027. Dit statuut moet achtergestelde regio’s via Europese en Vlaamse middelen gericht ondersteunen met investeringen in infrastructuur, economie en leefbaarheid.
“Maar onze regio heeft nú zuurstof nodig. Je laat geen streek wachten terwijl anderen versnellen. Dan creëer je geen evenwicht, dan vergroot je bewust de kloof,” klinkt het scherp.
Tot slot wijst Voor Aalst op de cruciale ligging van de stad langs de E40, een van de drukste verkeersaders van het land. Toch ontbreken structurele investeringen volledig. “Voor Aalst vraagt een eerlijke herverdeling van middelen, een versnelde toepassing van het GTI-statuut en de nodige investeringen. Niet in woorden, maar in daden én middelen,” besluit Temmerman.